Met de al jaren zeer hoge wintersterftes in de V.S., een hoger dan acceptabele wintersterfte in vele landen en regio’s in Europa, de zeer sterke toename van broedziektes (AFB) en problemen met de koninginnen is er geen reden om het probleem te ontkennen.
Ondanks het vele onderzoek sinds 2007 is nog geen oplossing in zicht. Er is alle reden om het probleem eens op een andere manier te bekijken.
Systeemziekte
Bijensterfte is een systeemziekte, omdat hiervan over de hele wereld sprake is, in zeer uiteenlopende omstandigheden. De symptomen, bijvoorbeeld lege kasten, problemen met de reproductie (onvruchtbaarheid van darren en koninginnen), wintersterfte, komen overal ter wereld voor. Bepaalde virussen (DWV en BQCV) worden bijna overal aangetroffen. Varroamijten zijn in de meestal landen en regio’s in bijenvolken aanwezig. Hetzelfde geldt voor Nosema ceranae.
De processen, die zich in de bijen/bijenvolken voordoen, zijn dezelfde als zich overal in het ecologisch systeem voordoen, de gevolgen komen op verschillende manieren tot uiting.
Oorzaken en gevolgen
Varroamijten en virussen zijn gevolgen, geen oorzaken. Bijenvolken leggen ook het loodje als er helemaal geen varroamijten zijn. De virussen DWV en BQCV zijn evenmin bepalend.
Nog steeds worden varroa, pesticiden en gebrek aan voldoende bloemen als de belangrijkste oorzaken van de problemen aangeduid. Intensieve landbouw, habitatverlies, klimaat-verandering en imkerpraktijk zijn vaak genoemd als ongunstige factoren voor de bijenvolken.
Onduidelijk is welk aandeel elk van deze mogelijke oorzaken in het totaal van de bijensterfte heeft. Dat is moeilijk vast te stellen, zeker zolang men niet weet en niet begrijpt waarom bijen opeens ‘verdwijnen’ en waarom ze precies dood gaan.
Aanwezigheid van ziekteverwekkers zegt niet zoveel. Ziekten zijn in de eerste plaats een signaal, dat er iets mis is. Bij ziekte kan altijd herstel optreden, en dat is bij bijenvolken natuurlijk ook vaak het geval.
Diagnose
Om tot een oplossing te komen voor de problemen in de bijensector (verdwijnen, doodgaan, reproductieproblemen) is het belangrijk dat er een degelijke, juiste en ondubbelzinnige diagnose van deze systeemziekte is. Bij een diagnose hoort niet alleen een beschrijving van de ziektebeelden en de ziekteverwekkers, maar ook een nauwkeurige analyse van de ziekteprocessen. Symptomen van de systeemziekte, die zich bijvoorbeeld in het oppervlaktewater voordoen, helpen om de problemen in de bijensector te analyseren.
Overal aanwezige factor
Uit het gegeven dat ook in natuurgebieden met een rijke en diverse flora, waar geen pesticiden gebruikt worden, sprake is van hoge tot zeer hoge bijensterfte, leiden wij af dat de meest genoemde oorzaken ‘pesticiden’ en ‘gebrek aan drachtplanten’ niet de primaire oorzaken voor bijensterfte en afname van het aantal bijenvolken gedurende het seizoen zijn.
Uit het gegeven dat bijenvolken verdwijnen in situaties dat er helemaal geen varroamijten zijn leiden wij af dat varroa daarvoor geen bepalende factor is.
Omdat de symptomen overal hetzelfde zijn, of ongeveer hetzelfde, moet er een achterliggende factor zijn, die overal aanwezig is. Wij gaan er van uit dat dit de stoffen zijn, die uit de lucht neer komen. Met name de combinatie van NOx en mangaan achten wij fundamenteel de belangrijkste, meest bepalende en overal ter wereld voorkomende factor. Deze heeft een duidelijke invloed op de minerale huishouding, en op de ijzerhuishouding in het bijzonder. Problemen met de beschikbaarheid van ijzer hebben directe invloed op de energiehuishouding, het neurologisch systeem en het immuunsysteem. Een ijzertekort kan zich dus op verschillende manieren uiten. Bij een ijzertekort zijn bepaalde andere mineralen relatief belangrijker, bijvoorbeeld mangaan.
Processen
Om duidelijk te maken wat er precies gaande is, is enige kennis en begrip nodig van de optredende achterliggende fundamentele processen. Het eerste proces is de omzetting van NOx/nitraat in ammoniak (NH3). Hierdoor worden de omstandigheden alkalisch, oftewel de zuurgraad neemt af. Reeds onder licht alkalische omstandigheden (pH > 7) zijn diverse mineralen niet meer oplosbaar, met als gevolg dat deze niet meer beschikbaar zijn. Dat geldt in het bijzonder voor ijzer, dat is dan praktisch niet meer oplosbaar, en niet meer beschikbaar.
Dergelijke alkalische omstandigheden komen regelmatig voor. Elke keer wordt dan een bepaalde hoeveelheid ijzer in volkomen onoplosbare vorm neergeslagen. Dit ijzer is vanaf dat moment niet meer beschikbaar, het bijenvolk raakt steeds een bepaalde hoeveelheid ijzer ‘kwijt’.
Mangaan
Bij licht alkalische omstandigheden is mangaan nog wel oplosbaar en beschikbaar. Mangaan gaat dan de plaats van ijzer innemen. Er vindt ook een uitwisseling plaats tussen ijzer en mangaan. Verschuivingen in oplosbaarheid en beschikbaarheid van mineralen hebben grote gevolgen voor de bijen en de bijenvolken. Dit is het tweede proces.
Effecten op micro-organismen
De toenemende beschikbaarheid van mangaan ten opzichte van ijzer heeft invloed op de microbiële samenstelling. Oftewel bepaalde bacteriën en andere micro-organismen kunnen dan beter groeien, en kunnen de overhand krijgen. Dit is het derde proces. Het gaat hier overigens niet om ziekteverwekkende micro-organismen.
Het vierde proces is dat deze andere micro-organismen bepaalde stoffen produceren, die het gedrag van de bijenvolken veranderen. Op die manier ontstaat het ‘verdwijnen’ van de bijen. Op die manier ontstaan ook ziektes. Op die manier krijgt varroa een kans. Lege kasten en toename van de aantallen varroamijten zijn voorbeelden van de waarnemingen die de imker doet als uiteindelijk resultaat van de hiervoor genoemde processen.
Ferro-Bee®
Voor een imker is het belangrijk iets van de hierboven uitgelegde processen te weten. Want onder vochtige omstandigheden beginnen de processen, die op een later tijdstip leiden tot verdwijnen of doodgaan. Om deze redenen adviseren wij om in ieder geval bij vochtig weer Ferro-Bee® aan uw bijenvolken toe te dienen.
In een volgend artikel zullen wij in detail uitleggen hoe bepaalde bacteriën ervoor zorgen dat varroa zich handhaaft en zich in bijenvolken vermeerdert.
Lees hier de eerdere nieuwsbrief Mangaan en het verdwijnen van de bijen.